Optimaliseer je content met deze 7 schrijftips

Optimaliseer je content met deze 7 schrijftips

7 september 2021

Vind je het lastig om teksten te schrijven voor bijvoorbeeld een (digitale) nieuwsbrief of folder?  Door één simpele schrijftip kun je al beter leren schrijven. Naast dat je weet voor wie je schrijft en met welk doel, moet nog wel de informatie die je schrijft pakkend zijn. In dit artikel vind je een aantal schrijftips voor elke tekstschrijver.  

1: Wat vinden mijn lezers interessant

Bepaal vooraf de doelstelling van jouw artikel. Op deze manier ga je stapsgewijs schrijven en zorg je er altijd voor dat de informatie die je over wil brengen pakkend is voor de lezers. Nadat je jouw artikel hebt geschreven, vraag je je nogmaals af wat je wilde overbrengen en of je lezers het interessant vinden. Je controleert dan of de boodschap goed overkomt. Verplaats je in de onwetende lezer.

2: Deel je tekst goed in

Een tekst met een duidelijke opbouw is toegankelijker en fijner om te lezen. Bedenk dat mensen een tekst eerst scannen voordat ze daadwerkelijk starten met lezen. Met dit in het achterhoofd is het belangrijk dat het artikel bestaat uit een inleiding, titel, heldere tussenkoppen en juist afgestemde alinea’s. Ook geven opsommingen, die onder elkaar vermeld staan, een rustig en overzichtelijk gevoel. Vermijd afkortingen, deze zijn niet altijd bij iedereen bekend.

3: Voeg beelden aan de tekst toe

Je website bestaat uit vormgeving, tekst én beeld. Houd de tekst zo kort mogelijk en gebruik sprekende afbeeldingen om duidelijk te maken wat je wilt zeggen. Zorg ervoor dat de afbeeldingen ook goed van kwaliteit zijn. En pas op met de geldende privacyregels

4: Schrijven is schrappen

Let bij het schrijven vooral op overbodige woordjes. Zoals: heel, er, namelijk, eigenlijk, vaak, meestal etc. Daarnaast zijn er voorbeelden te benoemen van signaalwoorden: dus, kortom, terwijl. Ook zijn deze voorbeelden van hulpwerkwoorden overbodig in een artikel: kunnen, zijn, worden, zullen.  
 
Een voorbeeld:  
Dus niet: ‘In dit artikel wordt er verteld over overbodige woorden.’  
Maar: ‘Dit artikel gaat over overbodige woorden.’ 

5: Let op spelling en grammatica

Er worden vaak fouten gemaakt omtrent het aanwijzend en het betrekkelijk voornaamwoord. Aanwijzende voornaamwoorden zijn deze, die, dit en dat. Hierbij verwijzen deze en die naar de-woorden en dit en dat verwijzen naar het-woorden.  
 
Een voorbeeld:  
‘Het meisje die…’ is een veel voorkomende fout. Je denkt misschien dat een meisje een vrouwelijk woord is, maar het is een het-woorden en dus onzijdig. Daarom verwijs je met dat. ‘Het meisje dat…’ 
 
De meest gemaakte fouten in de Nederlandse taal zijn de d’tjes en de t’tjes. Ik geloof dat iedereen dit wel eens fout doet. Om het zoveel mogelijk te voorkomen, gebruik makkelijke ezelsbruggetjes. Verander het werkwoord naar lopen. Kom er op deze manier achter welke grammatica toegepast moet worden.  
 
Let natuurlijk op je spelling en grammatica. Spelling en grammatica zijn niet alleen taalkundig belangrijk, ook voor de zoekresultaten in zoekmachines. Verkeerde spelling levert dus een slechter zoekresultaat op.

6: Maak zinnen niet te lang

Het staat in bijna elk schrijfadvies: schrijf kort en bondig. Toch is het relevant om af te wisselen tussen korte en lange zinnen. Hierdoor creëer je een prettig ritme. Dus korte zinnen van minder dan 8 woorden afwisselen met zinnen van ongeveer 12, 15 en 20 woorden.

7: Gebruik actieve zinnen

Gebruik actieve in plaats van passieve zinnen. In een passieve zin is het onderwerp niet actief. Deze zinnen zijn vaak omslachtig. Bij actief schrijven, schrijf je zinnen met zo weinig mogelijk hulpwerkwoorden.  
 
Een voorbeeld:  
Dus niet: ‘Door tussenkoppen wordt de lezer naar de tekst getrokken.’ 
Maar: ’Tussenkoppen trekken de lezer naar de tekst.’ 

Veel schrijfplezier!

Wil je meer weten; mail of bel ons, we helpen je graag verder.

 

blog-laura-mollen.pngDit blog is geschreven door: 
Laura Mollen 

 

 

Categorie: Informatie en inspiratie
Terug